Blog v. Stempvoort
0

Vergeving

“Vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren”, zomaar een zinsnede uit het ‘Hogepriesterlijk gebed’ ook wel bekend als ‘Het Onze Vader’. We leren hier dat ons onze schulden vergeven zíjn, immers, het is geen vraag, maar de vaststelling van een feit. Dan rijst de vraag wel, vergeven wij elkaar ook?

In de Bijbel lezen wij reeds in Genesis dat zonder bloedstorting geen vergeving geschiedt (Gen. 9 : 6), of anders geformuleerd; Óog om oog, tand om tand (Ex. 21 : 24), wat de één de ander misdoet, moet de ander terug doen om de rekening te vereffenen. Ook wel bekend als de ‘Lex Talionis’ of ’tauthopatheia’. Op die manier blijf je elkaar leed toebrengen en schade berokkenen. De situatie blijft in stand, of, in de meeste gevallen, gaat van kwaad tot erger, want laten we eerlijk wezen, wanneer iemand u of mij iets aandoet, of wij in elk geval het idee hebben dat die persoon dat doet, is de neiging groot om die persoon terug te pakken en liefst net iets meer, erger of harder. Natuurlijk zijn dit lang niet altijd hele schokkende dingen, het kan ook gaan om net die ene verkeerde opmerking die op meerdere manieren opgevat kon worden en door de ander net precies op de meest verkeerde manier opgevat werd. De ander reageert met een opmerking die u, voor uw gevoel, onnodig diep kwetst en de rapen zijn gaar, dan wel de poppen zijn aan het dansen.

Hoe vaak komt dit niet voor? En hoe onnodig?! We zijn geen van allen een haar beter dan de ander, dus ook wat dat betreft hoeven we ons niets te verbeelden, maar hoe vaak en hoe graag doen we dat niet toch oh zo graag?! Er zijn namelijk echt wel dingen waarin wij beter zijn dan iemand anders en hoe verleidelijk en ego strelend is het dan om dit de ander te laten merken.

Denk aan die farizeeër en tollenaar (uit Lukas 18 : 10-13), de farizeeër die uitgebreid de tijd neemt om God te danken hoeveel beter hij is dan anderen, die afsluit met zijn deugden op te sommen. De tollenaar staat hiermee in schril contrast. Van hem geen grote woorden, geen uitweiden over hoe zeer hij tekort schiet of vraagt om wat hij allemaal zou willen. Hij kent zichzelf en hij kent God, wat zeer goed blijkt uit de weinige woorden die over zijn lippen komen: “O God! wees mij zondaar genadig!”

“O God! Wees mij zondaar genadig!” Wat kunnen we nog meer zeggen wanneer we onszelf kennen en wanneer we God kennen. En we kúnnen Hem kennen, dit zegt Hij Zelf in Zijn Woord, in dezelfde Schriftplaats waar Hij Zijn volgelingen Zijn vrienden noemt  (Joh. 15 : 15). Wát wij ook gedaan, gezegd of gedacht hebben, Hij ís ons genadig, élke keer wéér. Sterker nog, kent u die misdadigers die naast Jezus aan het kruis hingen? Gestas en Dismas heetten zij. Gestas daagde Jezus uit om hen alle drie van het kruis te halen, terwijl Dismas erkende dat hij en Gestas terecht gedood werden, maar dat Jezus onschuldig was, waarop hij aan Jezus om een gunst vroeg: “Here, gedenk mijner, als Gij in Uw Koninkrijk zult gekomen zijn.” (Lukas 23 : 43) En Jezus spreekt tot hem die woorden die Hij ook nu nog tot ons spreekt, elke dag weer: “Heden zult gij met Mij in het Paradijs zijn.” Of zoals Paulus schrijft: “Wij zijn mét Hem gezet ín de Hemel” (Ef 2 : 6), nu al! Maar daarover in een ander blog meer.

Hij hééft ons vergeven, meer dan 2000 jaar geleden al, álles! Dit mogen en kunnen we héél zeker weten. Sterker nog, we mogen daaruit leven, het is de basis van ons leven, alles is ons vergeven, niets wat we doen doet daaraan af, alles wat we doen, denken en willen was toen al bekend bij Hem en Hij heeft ermee afgerekend. De aanklacht die tegen ons elke dag weer door satan wordt ingediend bij God, wordt elke dag weer, voortdurend, schoongespoeld met het bloed van Jezus Christus. Denk aan een schoolbord waar iemand klachten over jou probeert op te schrijven, terwijl een ander er de brandslang op heeft staan en het de hele dag door, dag in dag uit schoonspuit. Witter dan sneeuw, schoner dan we ons voor kunnen stellen, zo stelt de Here Jezus Christus ons voor. Zo zouden wij elkaar ook zien, maar daar ligt het probleem, bij onze waarneming. Wat onze zintuigen worden voortdurend voor de gek gehouden, door van alles en nog wat. Daarom zouden we ons denken niet laten beïnvloeden door wat we van elkaar zien, maar door Zijn Woord. Zijn Woord doet Zijn Werk in ons en heeft Zijn uitwerking in ons leven. Wat wij zouden doen is elkaar liefhebben, maar meer nog, Hém liefhebben, met alles wat we hebben en doen. Vanuit onze liefde voor God, kúnnen we elkaar niets meer kwalijk nemen, maar dienen wij elkaar.

Of zoals Micha al zei: “Hij heeft u bekend gemaakt, o mens! wat goed is; en wat eist de HEERE van u, dan recht te doen, en weldadigheid lief te hebben, en ootmoediglijk te wandelen met uw God?” (Micha 6 : 8)


Vergeving

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *