God, waar bent U?

God, waar bent U? – Studie nr. 90 uit de serie “De gedachte is …”

Romeinen 1 : 16

Want ik schaam mij des Evangelies van Christus niet; want het is [een] kracht Gods tot zaligheid een ieder die gelooft, eerst den Jood, en ook den Griek.

Als er een God is, waarom is er dan zoveel ellende in de wereld? Als er een rechtvaardig God is, waarom is er dan zoveel onrecht? Veel mensen vragen zich af waar God is en waarom we niets van Hem merken. Filosofen, theologen, religieuzen en zelfs Christenen denken na over deze vragen. De vraag “Waar is God?” is het onderwerp van alle theologie. Iedere godsdienst zoekt immers de mens tot God te brengen.

Daar zij Licht…

Het punt is dat God Zich 4.000 jaar lang wel degelijk met de wereldgeschiedenis bemoeid heeft. In die periode heeft Hij ingegrepen in de gebeurtenissen van de mensheid. Uiteindelijk heeft Hij Degene gezonden, die Hij van begin af aan beloofd heeft: de Here Jezus.

Al in Genesis 1 : 3 en 4 werd Hij, in de op dat moment volkomen duistere wereld, aangekondigd: “En God zeide: Daar zij licht! en daar werd licht. En God zag het licht, dat het goed was; en God maakte scheiding tussen het licht en tussen de duisternis“.

Het Licht werd niet aangenomen

De Here Jezus kwam om te lijden, te sterven en weer op te staan uit dood. Vervolgens ging Hij naar de hemel en Hij zit nu aan de rechter[hand] van God. Maar de wereld, met name het volk Israël, wilde Hem niet en verwierp Hem. Hij, Die het Licht van de wereld is, werd officieel afgewezen. De apostel Johannes schrijft daarover in zijn Evangelie: “Hij was in de wereld, en de wereld is door Hem gemaakt; en de wereld heeft Hem niet gekend. Hij is gekomen tot het Zijne, en de Zijnen hebben Hem niet aangenomen“. (Johannes 1 : 10, 11)

2.000 jaar geleden ging het Licht in heel de wereld uit, oftewel: het Licht ging uit de wereld weg. Sindsdien is de wereld in duisternis.

De mens wil de Waarheid niet kennen en wijst Christus af

Gods toorn rust in deze dagen op de wereld, de mensheid. De toorn van God wordt vanuit de hemel geopenbaard over de mensheid. Dat gebeurt vanwege de goddeloosheid en ongerechtigheid van de mens. Waarom wordt de mens als goddeloos en onrechtvaardig beschouwd? Wat doet hij verkeerd?

Het antwoord op deze vraag is: De mens houdt “de waarheid in ongerechtigheid ten onder”. (Romeinen 1 : 18) Dit houdt in dat hij de Waarheid kent, maar deze opzettelijk, met kwade wil, bedekt. Hij gooit er als het ware zand over. Hij wil de Waarheid niet kennen. De mensen wil het niet weten. In plaats daarvan keren ze zich tot de filosofie en hun zelfgemaakte beeld van God. Dat is het grootste kwaad in deze wereld.

God bemoeit Zich in deze tijd niet met de wereld

Als reactie op de afwijzing van de mens zei God dat de wereld het dan zelf maar een tijdje moest uitzoeken. God zou Zich voor de wereld verbergen en gaan kijken wat ervan terecht komt. Hij bemoeit Zich in onze tijd niet met de gang van zaken in de wereld. Toch doet de Heer nu een werk in het verborgene. Hij verzamelt Zich een volk van gelovigen voor Zijn Naam.

De Here Jezus zei in Lukas 19 : 10: “Want de Zoon des mensen is gekomen, om te zoeken en zalig te maken, dat verloren was.” In het verborgene werkt Hij nu aan Zijn Gemeente, Zijn Lichaam. Hij zoekt en vindt gelovigen en maakt hen zalig.

God oprecht zoeken

Als wij aan God serieus de vraag stellen: “Heer, waar bent u?” en Hem oprecht zoeken, dan maakt Hij Zich bekend. Dan ontvangen wij eeuwig leven en krijgen wij deel aan Zijn zegeningen. Dan zijn wij met God verzoend. Daarover schrijft de apostel Paulus in 2 Korinthe 5 : 18-20:

En al deze dingen zijn uit God, Die ons met Zichzelven verzoend heeft door Jezus Christus, en ons de bediening der verzoening gegeven heeft.
Want God was in Christus de wereld met Zichzelven verzoenende, hun zonden hun niet toerekenende; en heeft het woord der verzoening in ons gelegd.
Zo zijn wij dan gezanten van Christus wege, alsof God door ons bade; wij bidden van Christus wege: laat u met God verzoenen.

Niets te verliezen, alles te winnen

U heeft niets te verliezen, maar alles te winnen. Het brengt u van de duisternis tot Zijn wonderbaar Licht. (1 Petrus 2 : 9) Het brengt u van een oude schepping in een Nieuwe Schepping. (Zie 2 Korinthe 5 : 17) Het brengt u uit de macht van de boze en het plaatst u in het Koninkrijk van Gods geliefde Zoon. (Kolossenzen 1 : 13)